Winterreis 2001

10 februari 2001

door Peter van Gerdingen

Ook dit jaar organiseerde de Stichting NVBS-Excursies van 10 tot en met 19 februari 2001 weer de traditionele winterreis. Dit keer was Zuid-Duitsland het reisdoel. De reis was geprogrammeerd door Han Duijve en dit staat altijd garant voor bijzondere treinreizen, bijvoorbeeld over trajecten welke niet of nauwelijks voor reizigersverkeer gebruikt worden. Waar mogelijk wordt dan ook nog eens van bijzonder materieel gebruik gemaakt.

De eerste verrassing diende zich al in Nederland aan. In de EC105 welke ons naar Freiburg zou brengen, waren plaatsen in het 1e klasse SBB panoramarijtuig voor ons gereserveerd. De volgende zondag in Freiburg kon geheel naar eigen inzicht besteed worden. Met een temperatuur van 14 graden Celsius leek het wel lente en vele tram en/of treinkilometers werden gemaakt. De volgende twee dagen werden gebruikt om van Freiburg naar Garmisch-Partenkirchen te komen, met een overnachting in de stad Augsburg. De ongebruikelijke route ging via Tuttlingen en Horb naar Eyach.

Hier stond een historische railbus voor ons gereed om ons over de sporen van de Hohenzollerische Landesbahnen te vervoeren. De route ging via de zelden door reizigerstreinen gebruikte trajekten van Eyach naar Hechingen en vandaar via Gammertingen en Münsingen naar Schelklingen. Vervolgens ging het per DB verder naar Ulm en Augsburg. De volgende dag ging het verder via Kempten en Reutte naar Ehrwald-Zugspitzbahn.

Het laatste deel van deze Ausserfernbahn tot Garmisch Partenkirchen werd wegens Bauarbeiten per bus uitgevoerd. Daar alle inzittenden van de bus NVBS’ers waren maakte de bus voor ons een speciale stop voor de hoteldeur.Woensdag werd het letterlijke hoogtepunt van de reis. Er werd een namelijk een dagexcursie gemaakt met de Bayerische Zugspitzbahn. Zowel op het daltraject als op het tandraddeel zorgden historische locomotieven voor de tractie. Ook werden diverse fotostops uitgevoerd, waarbij een wel zeer bijzondere op een midden in de berg gelegen kruisingplaats.

Donderdag was weer zo’n dag waarbij veel gereden moest worden om op onze volgende bestemmingsplaats Bayerisch Eisenstein te komen. De uiteraard bijzondere route ging over Innsbruck, Rosenheim en Mühldorf.

De vrije vrijdag werd grotendeels besteed aan ritten met de Waldbahn, terwijl enkelen van de gelegenheid gebruik maakten om een bezoek aan Tsjechië te brengen. Het was intussen alweer zaterdag geworden en wij gingen op weg naar onze laatste verblijfplaats Cham. De reis ging met een speciaal voor ons gereserveerde Regio-shuttle van de Waldbahn via Zwiesel en Gotteszell naar Viechtach.

Vandaar per touringcar naar Lam en vervolgens met treinen van de Regentalbahn naar Cham. Op de laatste vrije dag werd door het merendeel van de deelnemers gebruik gemaakt van het feit dat de Schönes Wochenend Karte tegenwoordig ook geldig is op de meeste Tsjechische lijnen in het Duits/Tsjechisch grensgebied. Voor liefhebbers van railbussen is dit gebied een waar Eldorado. Schrijver dezes hobbelde van Cheb via Tachov en Bor naar Furth im Wald. Onderweg werd door de zeer goed bezet zijnde busjes kop gemaakt, waarbij de motorwagen om de bijwagen heen moest lopen. Ook werden wagens bijgeplaatst en dan weer afgekoppeld.

Maandag ging het via Nürnberg weer huiswaarts. Ook nu weer via een bijzondere route welke deze keer niet door Han, maar door de DB ter plaatse bedacht werd. Wegens een stroomstoring te Aschaffenburg werd de trein op het traject Wurzburg – Frankfurt omgeleid via Jossa, Elm en Gelnhausen. Een woord van dank hierbij aan reisleider Han Duijve. Een prima door hem georganiseerde reis met voor de echte liefhebbers weer vele nieuwe Duitse spoorkilometers.