Schönes Wochenende 2012
door Clemens Boomers
Mecklenburg-Vorpommern, in het uiterste noordoosten van Duitsland, is een voor velen onbekende deelstaat. Juist dát zorgde ervoor dat op donderdag 11 oktober 2012 maar liefst 52 reisgenoten zich op het station van Hengelo verzamelden om op de IC naar Berlijn te stappen. De échte treinliefhebbers stapten al bij de volgende stop in Bad Bentheim uit om de locwissel (waar vind je die verder nog?) te bekijken. En dan verder via Osnabrück en Hamburg naar Schwerin, de hoofdstad van Mecklenburg-Vorpommern, waar we aan het begin van de middag aankwamen. Het hotel lag – heel comfortabel – aan de Bahnhofsplatz. Vlot ingecheckt, want al direct startte de eerste excursie van dit weekend. Twee historische trams, een perfect opgeknapte Wismar uit 1926 en een Tatra uit 1989, pikten ons bij het hotel op voor een rit door de uitgestrekte stad. Onderweg vonden natuurlijk meerdere fotostops plaats, waarbij die met het sprookjesachtige Schloß Schwerin op de achtergrond wel heel bijzonder was. Aansluitend liet Herr Meyer, onze enthousiaste gastheer, ons de gloednieuwe remise zien, waar naast de eigen trams ook treinen van de OLA worden onderhouden. We konden zelfs vanaf een bordes een blik werpen in de dozen met elektronica op het dak.
Een moderne tram van Bombardier bracht ons terug naar de binnenstad waar we bij het Mecklenburgisches Eisenbahn- und Technikmuseum werden afgezet. Dit museum is een klein pareltje – ondergebracht in enkele oude, overcomplete hallen van de voormalige Reichsbahn. Meerdere stoom- en diesellocomotieven uit de DDR-tijd zijn er te bewonderen en heel veel kleine, maar o zo sfeervolle voorwerpen uit de dagelijkse Reichsbahnpraktijk, zoals een compleet ingericht kantoortje van de stationschef. Maar het pronkjuweel is een grote modelbaan waarvan de beveiliging geheel wordt verzorgd door verschillende types originele handelinrichtingen. Het was hilarisch om te zien dat door het omzetten van een zware, gietijzeren wisselsteller een 1:87-wisseltje op de modelbaan omging en een H0-trein zich in beweging zette! Ook de communicatie tussen de seinhuizen was precies zoals die ooit in het echt was geweest.
De volgende dag reisden we met een overstap in Wismar via landelijke lijntjes naar Bad Doberan. Hier wachtte een extra Molli-stoomtrein ons op voor de rit naar Kühlungsborn West, waar in de stationsrestauratie eerst geluncht werd. Hier was ruim de tijd om het station, het Molli-museum en de werkplaats te bekijken en om het frequente dienstregelingsverkeer van de stoomtreinen te beleven. Op de terugweg waren er meerdere fotostops. De machinist wist precies hoe hij ons in vervoering kon brengen, zodat iedereen fraaie plaatjes kon schieten in een kleurrijk herfstlandschap. De meeste indruk maakte de spectaculaire doortocht door de nauwe winkelstraat van Bad Doberan. De inwoners zijn er aan gewend en kijken op noch om als de stoomtrein luid bellend stapvoets voorbij komt. Maar de toeristen kijken vol verbazing, en met verrukte gezichten toe. Via Rostock bereikten we aan het eind van de middag Stralsund, onze uitvalsbasis voor de komende dagen. Ook hier was ons hotel naast het station gelegen.
De zaterdag was ter eigen invulling. Sommigen verkenden op hun gratis Rügen Ticket het bekende vakantie-eiland. Anderen bekeken de historische binnenstad van Stralsund of maakten een rondrit door Mecklenburg-Vorpommern. Favoriet was de Usedomer BäderBahn naar het eiland Usedom voor een bezoek aan het documentatiecentrum van de beruchte nazi-rakettenbasis Peenemünde. En wie al zover was, reed natuurlijk het gehele eiland af tot aan het Poolse Œwinoujœcie.
Op zondag moesten we weer vol aan de bak. ′s Morgens per trein en bus naar de nieuwe veerhaven van Sassnitz Mukran waar we door een enthousiaste gastvrouw werden rondgeleid over het haventerrein. Hier worden veerboten uit Zweden, de Baltische Staten en Rusland afgehandeld. Alle boten vervoeren, naast (vracht)auto′s en voetpassagiers ook treinwagons. Daarom zijn er twee laadbruggen: één voor veerboten met normaalspoor en één voor veerboten met het Russische breedspoor. Om de breedspoorwagons te kunnen afhandelen is er een apart breedspooremplacement waarop drie rangeerlocs Baureihe 347 – de enige breedspoorlocs van het vaste land van West-Europa – het werk doen. Op de laadbrug voor breedspoor waren het normale wissels die de wagons over de sporen op de boot verdeelden. Maar op die voor normaalspoor was een sectie geconstrueerd die hydraulisch overdwars kon verschuiven zodat heel compact een keuze uit de scheepssporen gemaakt kan worden.
′s Middags stond een extra stoomrit met de Rasender Roland op het programma. De bus bracht ons naar Göhren, het beginpunt van de lijn. Onderweg daar naartoe konden we vanuit de bus een klein stukje van het 4,5 km lange nazi-vakantie-oord Prora bekijken. Ook de rit met Rasender Roland was weer een belevenis. De machinist wist precies hoe hij het ons naar de zin kon maken: met fraaie schijnvertrekken met veel rook en stoom op perfecte locaties. Alleen was het jammer dat het weer erg wisselvallig was: dan weer regen, dan weer zon.
Voor velen brak op maandag de thuisreis aan, opnieuw met een overstap in Hamburg. Gelukkig was er nu wat meer tijd, zodat ook de buitenkant van dit fraaie stationsgebouw bekeken kon worden. De reis werd in Uelzen nogmaals onderbroken voor een rondleiding door het station. Het bouwwerk is enkele jaren geleden gerenoveerd en de wereldberoemde ontwerper Hundertwasser mocht zich er op uitleven. Het resultaat mag je gerust héél bijzonder noemen. Het is dé bezienswaardigheid van de stad. Zij die dit weekend met een dag verlengden gebruikten de maandag voor eigen verkenningen om vervolgens op dinsdag, eveneens via Uelzen, weer terug naar Hengelo te reizen.
Het was een geslaagd weekend.