Nieuwe-Leden-Excursie 2001

3 november 2001

door Ronald Bokhove

Het ledental van de NVBS neemt de laatste jaren gestaag af, een gevolg van de vergrijzing van de samenleving en een kennelijk afnemende interesse in railvervoer. Om ons rijke verenigingsleven in stand te houden, is het dus zaak nieuwe leden snel te betrekken bij de diverse activiteiten. De Stichting NVBS-Excursies draagt hieraan tweejaarlijks haar steentje bij met het organiseren van een Nieuwe-Leden-Excursie. Op 3 november 2001 was het weer zover en meldden zich om tien uur 41 deelnemers op het Amsterdamse Centraal Station. Gemeten naar het aantal genodigden (283) viel de opkomst wat tegen; maar zij die wel kwamen, werden bepaald niet teleurgesteld.In twee groepen werden de Koninklijke wachtkamer en het informatiecentrum ‘Stationseiland’ bezocht. Dick Keijzer bracht het verleden tot leven en gaf op de hem bekende wijze de veelbewogen geschiedenis van het stationsgebouw (Cuypers, 1889) en de Koninklijke wachtkamer weer. De aankleding van de wachtruimte is met grote zorg geschied, elke versiering heeft een expliciete betekenis en de appeltjes van Oranje op de tapijten, aan de wanden en aan het plafond vormden de rode draad van Dicks verhaal. Hoogtepunt was het Koninklijke toilet, waarvan de pot is uitgevoerd in Delfts blauw. Dat de spoorwegen eind negentiende eeuw durf hadden, bleek uit een tekst op de deurmat bij de uitgang van de wachtkamer aan de stadszijde. Men zou hier het opschrift ‘Welkom’ verwachten, maar ‘het spoor’ redeneerde vanuit het bedrijf en zo worden Majesteit en haar gevolg ook nu nog met een ‘Tot ziens’ ontvangen in de hoofdstad, terwijl men toch mag aannemen dat het reisgezelschap de trein als middel ziet en niet als doel.

In het informatiecentrum Stationseiland vertelden de voorlichtsters Margit Dokter en Yarda Keijzer over de metamorfose die de stationsomgeving de komende jaren ondergaat. Een strikte scheiding van verkeersstromen, ruim baan voor fietsers en voetgangers, de uitbreiding van het Centraal Station, een nieuw busstation aan de IJ-zijde, een nieuwe tramlijn naar IJburg en de aanleg van de Noord-Zuid-metrolijn vormen een hele puzzel, waarvan alle stukjes pas over een jaar of tien hun plaats hebben gekregen. In het bezoekerscentrum werd aan de hand van een film en een maquette het hele project toegelicht, terwijl een rondwandeling langs de (toekomstige) bouwplaatsen de complexe opgave nog verder verhelderde.Halverwege de middag vertrok de Weense motorwagen C110 met bijwagen C1810 vanaf het Stationsplein voor een twee uur durende rondrit door de hoofdstad. Medewerkers van het Amsterdams Openbaar vervoer Museum gingen uitgebreid in op de herkomst van de voertuigen en voorzagen de deelnemers van toeristische informatie. De route voerde onder meer naar Flevopark, Amstel- en Haarlemmermeerstation. Toen de tram om halfvijf op zijn startpunt terugkeerde, hadden we een aantal leden enthousiast gemaakt, waarmee aan de doelstelling van de excursie was beantwoord.