Op de Rails – 2022 – nr. 7 (juli)

Goederendienst Nederland: stand van zaken juni 2022

door Emiel de Block

Het railgoederenvervoer zit iets in de lift. Ten opzichte van 2019 is een groei in het vervoerde volume van 3 % te noteren. Hoewel de afgelopen twee jaren in het teken stonden van de covid19-pandemie, had het Nederlandse railgoederenvervoer daar relatief weinig last van. De vooruitzichten zijn goed, maar verschillende factoren maken uitbreiding van goederenvervoer per spoor tot een moeizame,  politieke en daardoor langdurige zaak.

De Duitse vervoerder NIAG rijdt vanuit zowel Rotterdam als Amsterdam kolentreinen in blauwe VTG-wagens type Falns naar Moers. Op 8 mei trekken de 186 238 en 236 trein 44367 bij  Willemsdorp van Maasvlakte naar Moers Gbf.

Foto: Daniël de Prenter.

Plaatsbewijzen en de Tweede Wereldoorlog

door Gerrit C. van Straaten

Net als bij postzegels kunnen maatschappelijke ontwikkelingen en gebeurtenissen invloed hebben op vervoerbewijzen. Nieuwe typen worden daardoor gedwongen ontwikkeld en ingevoerd, sommige zijn blijvertjes, andere hebben een kortstondig bestaan. Op het gebied van het railvervoer is dit te zien bij het spoorwegvervoer, in het bijzonder tijdens en rond de Tweede Wereldoorlog.

Het spoor en de haven van Antwerpen (vervolg)

door Paul van den Boorn

De spectaculaire uitbreidingen op de rechter oever konden niet verhinderen dat in de jaren zestig en zeventig de vraag naar haventerreinen groter bleef dan het aanbod. Al in 1962 vestigde zich als eerste een rubberfabriek op de linker Schelde-oever, in het Waasland, spoedig gevolgd door een groot aantal vooral chemische bedrijven.

Zicht in westelijke richting op de C2-bundel van Antwerpen-Noord. Om de waterpartij (de Grote Kreek) voor de windmolens loopt een keerspoor dat uitkomt bij de Noorderlaan, links op de foto; datum onbekend. 

Foto: Infrabel.

De ontwikkeling van de tramhalte

door Tim Boric

Stations spreken tot de verbeelding, tramhaltes nauwelijks. Toch zijn de haltes net zo essentieel voor het vervoerssysteem, al was dat niet altijd zo: de paardentram in de steden had geen haltes en stopte waar de passagier dat wilde. Van ‘oneindig veel stopplaatsen’ ging de ontwikkeling daarna naar steeds minder haltes met steeds meer voorzieningen – een trend die nog altijd gaande is.

De ‘Tophalte’ bij Den Haag HS, ontworpen door Tijn Brands van Ingenieursbureau Den Haag, is sinds 2018 zowel een hoogwaardige tramhalte als een visitekaartje voor de stad. In de transparante overkapping is veel hout verwerkt; 12 juni 2022.

Foto: Tim Boric.