Op de Rails – 2014 – nr. 11 (november)

Goederendienst Nederland

door Emiel de Block

HSL Logistik ondervindt de problemen die de verwijdering van ATB tussen Zevenaar en Emmerich met zich mee brengt en maakt daardoor vrijwel uitsluitend nog gebruik van de grensovergang Bad Bentheim. De 1832 komt met lege ketelwagens langs de Koppelboerweg in Oldenzaal; 19 september 2014. Foto: Daniel Ohm.

In het railgoederenvervoer zijn er weinig veranderingen te melden ten opzichte van een half jaar geleden. Overnames van vervoerpakketten blijven regelmatig plaatsvinden, wat geïnteresseerden soms weer naar de camera doet grijpen: een andere locomotief of route. Vervoerders ondervinden de nadelen dat Emmerich alleen nog met locomotieven met ETCS te bereiken is. ProRail en Keyrail fuseren op organisatorisch vlak en op Europees niveau is een aantal veranderingen aangekondigd die gunstig kunnen uitpakken voor vooral de op het achterland gerichte goederenstromen.

150 jaar tram in Nederland (vervolg op OdR 2014-10)

door Johan Blok

Veteranen uit de beginperiode van de elektrische tram op straat in Amsterdam: de motorwagens 144 uit 1904 en 307 uit 1910 op het Stadionplein; 9 oktober 2014. Foto: Karel Hoorn.

De geschiedenis van de elektrische tram in de wereld, gevoed vanuit een stroombron buiten het voertuig, begon in de zomer van 1879. Toen reed zo’n tram, bestaande uit een tweeassig locomotiefje en drie lorries die elk plaats boden aan zes personen, op de Nijverheidstentoonstelling in Berlijn. Het was een uitvinding van Werner von Siemens en gemaakt door de firma Siemens & Halske van Werner von Siemens en Johan G. Halske.

Blauwe Belgische diesellocomotieven

door Sicco Dierdorp

De blauwe reeks 55 is jarenlang onafscheidelijk verbonden geweest met de landschappelijk fraaie spoorlijn Luik – Luxemburg. De 5540 passeert op 3 juli 1996 met M4-rijtuigen de toen al twaalf jaar gesloten halte van Grand-Halleux. Foto: Sicco Dierdorp.

Of diesellocomotieven reizigerstreinen wel of niet elektrisch kunnen verwarmen, is voor velen niet meer dan een triviaal gegeven. Bij de NS kwamen diesellocomotieven voor reizigerstreinen bijna nooit voor. In veel andere landen was dat dan weer zo gewoon dat het weinig interessant gevonden werd, vooral als er geen sprake was van een specifieke uiterlijke herkenning.