Op de Rails – 2012 – nr. 9 (september)

Inzet van het NS-materieel, ontwikkelingen in 2012

door J.M. ten Broek

Nog tot 9 december zal NS de dienst Zwolle – Emmen rijden en plan V hier de dienst uitmaken. De 955 en 954 komen als trein 3860 aan in Dalfsen; 16 augustus 2012. Foto: Kars Cleveringa.

Bij het NS-materieel gaat de transformatie van DDAR naar DDZ voort. DM ’90 en Lint-treinstellen zijn op diverse trajecten aan hun laatste maanden bezig. Plan V laat zich maar mondjesmaat aan de kant zetten, maar het DDM-1 lijkt net zo snel weer verdwenen als het vorig jaar teruggekomen is − maar bij dit materieel weet je het maar nooit… In de dienstregeling 2013 zal een aantal in het oog springende wijzigingen op het spoorwegnet plaatsvinden: de ingebruikneming van de Hanzelijn, het verdwijnen van de Beneluxdienst en de overgang van treindiensten van NS en Syntus naar Arriva. Een terugblik op de lotgevallen van het DDM-1 sinds 2010 en verder vooral aandacht aan wat er de komende tijd gaat verdwijnen.

Waar eindigde de rit? De openingsrit van de STAR

door Jacob H.S.M. Veen

Groepsfoto van de inzittenden van de openingstrein Stadskanaal – Ter Apel Rijksgrens bij de trein in Ter Apel voor het vertrek naar Ter Apel Rijksgrens; 1 mei 1924. Foto: NVBS-archief.

In 1984 en 1985 voerden enkele NVBS’ers in Op de Rails een uitgebreide polemiek waar de openingstrein van de spoorlijn van de Groningsch-Drentsche Spoorweg-Maatschappij (Stadskanaal – Ter Apel – Rijksgrens) op 1 mei 1924 eindigde. Weliswaar was er bij hen geen twijfel waar het station Ter Apel Rijksgrens lag, maar was het toen ook het eindpunt van de feesttrein? Lag dit eindpunt nu ten noorden van het Haren-Rütenbrockerkanaal of ten zuiden ervan? Een van de leden hield pertinent vol dat er een tijdelijk eindpunt ten noorden van het kanaal is geweest; een ander ontkende dit en hield vast aan het eindpunt ten zuiden van het kanaal. Het probleem werd mede veroorzaakt door de geplande route tussen Ter Apel en de grens. Het was namelijk nooit de bedoeling van de initiatiefnemers van deze spoorlijn dat Ter Apel het eindpunt zou zijn, maar dat het een verbinding van de Nederlandse veenkoloniën naar Duitsland zou worden.

Metro de Mirandela

door Raymond Kiès

LVR 2000-motorrijtuig 9505 van Metro de Mirandela stopt op weg van Cachão naar Carvalhais bij het in the middle of nowhere gelegen station Frechas; 20 juni 2012. Foto: Raymond Kiès.

Op een vroege woensdagmorgen stuiten we in het noordoosten van Portugal midden in Niemandsland op een klein stationnetje. Leuk, maar we kunnen ons niet voorstellen dat hier ooit nog een trein komt. Doorrijden maar! Het smalspoor ziet er bij nadere beschouwing wel bereden uit en als een oud, geheel in het zwart gekleed vrouwtje op het perron verschijnt, zakt onze twijfel. En inderdaad, even later horen we in de verte een trein toeterend zijn komst aankondigen. We blijken kennis gemaakt te hebben met de Metro de Mirandela, een eilandbedrijfje op meterspoor rond de gelijknamige gemeente in het Noordoost-Portugese district Bragança. De Metro de Mirandela is het laatste, zeventien kilometer lange nog in bedrijf zijnde deel van de Linha do Tua, de ooit 134 kilometer lange verbinding Tua – Bragança. De toekomst van het lijntje ziet er somber uit.

De serie 801-850 van de RET

door Peter Bakker

De 800’en werden in de nadagen van hun bestaan vooral op lijn 7 ingezet. De 812 is beplakt met folie in het nieuwste grijze kleurenschema. Burgemeester Oudlaan, 7 januari 2011. Foto: Wim van der Ent.

Het in 1965 in dienst gekomen Düwag-materieel was begin jaren tachtig toe aan een mid-life revisie. Omdat de wagenbakken in een slechte conditie verkeerden, maar de draaistellen, motoren en elektrische installatie nog in een goede staat waren, besloot de RET op de bestaande onderstellen geheel nieuwe wagenbakken te laten bouwen, met behoud van de tractie-installatie, in grote lijnen overeenkomstig met het net geleverde ZGT-materieel. Een aldus gerenoveerde tram viel meer dan een miljoen gulden goedkoper uit dan een nieuw aangeschaft exemplaar. De nieuw geleverde 801-850 werden tussen 1984 en 1988 in het wagenpark opgenomen. In tegenstelling tot de kort tevoren geleverde ZGT-6 trams van de serie 700, waren de 800’en van het type ZGT-4/6: slechts vier van de zes assen waren aangedreven, net als bij het Düwag-materieel dat immers als onderdelenleverancier diende. De 800’en hebben het tot 2011 uitgehouden – in Rotterdam dan, een aantal ervan zal in Roemenië waarschijnlijk nog jarenlang zijn diensten verrichten.

Elektrificatie in Engeland en Wales

door Bastiaan Luytjes

In juli heeft de Britse regering, samen met spoorbeheerder Network Rail, een voorlopig investeringsprogramma gepresenteerd voor periode 2014-2019. Daarin verklaart zij 9,4 miljard pond te willen besteden aan verbeteringen aan het spoor, waaronder grote elektrificatiewerken. De meeste projecten waren echter eerder aangekondigd en zelfs al in uitvoering. Verrassend zijn echter enkele elektrificaties die aan het plan zijn toegevoegd. Dit is onder de zogenoemde Electric Spine, een route vooral belangrijk voor het goederenvervoer, maar waarvan elektrificatie ook voordelen oplevert voor reizigerstreinen. De route begint in de havens van Southampton en volgt de met 750 volt derde rail geëlektrificeerde lijn tot Basingstoke. Dit traject zal worden verbouwd naar 25 kV met bovenleiding. De treinstellen ‘Desiro’ class 444 en 450, nu alleen nog geschikt voor 750 volt, zijn al voorbereid voor 25 kV, zoals blijkt uit de duidelijk zichtbare verlaging op het dak bedoeld voor een stroomafnemer.

Op topsnelheid passeren twee High Speed Trains elkaar op de Great Western Main Line ter hoogte van Denchworth, gelegen tussen Reading en Swindon. De stam met motorwagen 43195 op kop is vertrokken uit Bristol Temple Meads en is op weg naar London Paddington, terwijl de andere stam, met 43143 aan het eind, in de andere richting onderweg is. In december 2016 moet deze lijn geëlektrificeerd zijn en dan worden de HST’s vervangen door nieuwe Super Express Trains. Foto: Martin Loader.

Voor de bijlage bij dit artikel klik

Vakantiereizen, dagtochten en attractiekaartjes

door Gerrit C. van Straaten

Alle afgebeelde plaatsbewijzen bevinden zich in het NVBS-archief.

Vanaf het prille begin van de spoorwegen vormen vrijetijdreizigers en vakantiegangers een doelgroep voor wat tegenwoordig marketing heet. Pleziertreinen en goedkope treinen met een verlaagd tarief werden op bepaalde dagen ingelegd naar toeristische en andere interessante bestemmingen zoals de grote steden of de Noordzeekust. Voor deze ‘goedkoope treinen’ werden speciale kaartjes gemaakt, die vanaf 1928 zelfs een regenverzekering bevatten: verregende dag, geld terug! Die verzekering heeft het waarschijnlijk niet lang uitgehouden, de speciale kaartjes – in steeds gewijzigde vorm – wel, in later jaren onder benamingen als ‘Attraktiekaartjes’ of Rail Idee’. Een overzicht.