Op de Rails – 2010 – nr. 10 (oktober)

Goederenvervoer in Nederland, stand van zaken augustus 2010

door Dennis Koster en Emiel de Block

Lossen van de tunneldelentrein voor de Noord-Zuidlijn aan het ′infra-emplacement′ van Amsterdam Westhaven. ACTS 7105 is daarmee op 22 juni 2010 actief. Foto: Dennis Koster.

Het goederenvervoer in Nederland lijkt, na het dal in 2009, weer in de lift te zitten. Vorig jaar daalde het vervoer als gevolg van de economische crisis met 16 % ten opzichte van 2008. De cijfers over de eerste helft van dit jaar laten een lichte stijging zien. 2009 was goed voor 38 miljoen ton; dit jaar rekent men op een vervoervolume van veertig miljoen ton. Ten opzichte van weg- en binnenvaartvervoer met vervoervolumes van 687 miljoen ton en 270 miljoen ton is het aandeel van het spoorvervoer marginaal. Daarnaast blijft de groei van het railvervoer procentueel achter op andere vervoerwijzen. De binnenvaart en het wegvervoer kampen met overcapaciteit en dat heeft flinke prijsdalingen in deze sectoren tot gevolg. Dat heeft geleid tot subsidieregelingen voor het railvervoer, onder andere om het gebruik van de Betuweroute naar het Duitse achterland te stimuleren. Op het spoor zelf neemt de concurrentie toe. Spoorwegmaatschappijen proberen elkaars vervoeren over te nemen. Verder wordt getracht de positie te versterken door overnames of fusies. Een mooi voorbeeld hiervan is CapTrain, dat in januari 2010 ontstond door het samengaan van de goederenvervoerders van SNCF Fret Benelux (de Franse SNCF buiten Frankrijk), ITL Benelux en Veolia Cargo.

NS en de Koude Oorlog

door Michiel van Ballegoijen de Jong

Troepen van het Britse Rijnleger bij het instappen in een militaire trein in Hoek van Holland; 1951.Foto: persbureau Adelmund/Trouw.

Met de val van de Berlijnse Muur in 1989 kwam er een einde aan een lange periode die de geschiedenis zal ingaan als de Koude Oorlog. In deze jaren werd ernstig rekening gehouden met het uitbreken van een oorlog tussen het vrije Westen en het communistische Oostblok. Ook NS speelde een belangrijke rol bij de voorbereiding daarop. Een klein aantal medewerkers was continu bezig met het voorbereiden van maatregelen die van kracht zouden worden bij een serieuze oorlogsdreiging. Het was zaak voor het uitbreken ervan een goede organisatie, voorraadvorming en bevelvoering op te bouwen om tijdens oorlogstijd over een goed lopend spoorwegbedrijf te beschikken, dat, zo is in het verleden gebleken, voor een doelmatige oorlogvoering van essentieel belang is. Direct na 1945 was men hier al op bescheiden schaal mee bezig en in 1953 kwamen leiding en coördinatie van deze werkzaamheden bij het toen in het leven geroepen Staforgaan ”˜(Algemene) Verdedigingsvoorbereiding en Bedrijfsbescherming’ (eerst Ab, later Vb). Hiermee werd gevolg gegeven aan het beleid van de overheid inzake de Civiele Verdediging.

PG-treinen

door Bert Steinkamp

De essentie van het nachtelijke verkeer: het laden en overladen van post; 1938. Foto: NVBS-Railverzamelingen.

Nachtelijk reizigersvervoer per spoor neemt voortdurend in omvang toe. Het huidige net begon in 1986 als dagelijkse uurdienst op de lijnen van Amsterdam naar Utrecht en naar Rotterdam. Inmiddels zijn er in de drie nachten van het weekeinde uitbreidingen gerealiseerd van deze beide eindpunten naar Eindhoven. Toch was het nachtelijke vervoer van binnenlandse reizigers in 1986 geen première. Die première vond plaats met de invoering van de winterdienst 1930/31 en in heel andere delen van het land. De oorsprong ervan lag ver weg, namelijk in een groot project voor de versnelling van het goederenvervoer. Aan het eind van de jaren twintig begon de toenemende betrouwbaarheid van de vrachtwagen een merkbare invloed te krijgen op het stukgoederenvervoer per spoor. De vrachtwagen kreeg bovendien een jonger zusje, de bestelwagen, en het land raakte overdekt met bode- en besteldiensten die met namen als ‘De Snelle Visser’ vaak sneller en ook nog goedkoper waren dan de spoorwegen met hun bestelgoedtarief konden waarmaken.

Furka Bergstrecke nu tot Oberwald

door Marcel Schuring

Locomotief 7 ′Breithorn′ nadert met een reizigerstrein de Kehrtunnel bij Gletsch; 29 augustus 2010. Foto: Marcel Schuring

-In 1985 werd begonnen met de wederopbouw van de Furka Bergstrecke, nadat er bijna vier jaar geen trein meer over gereden had. Op 12 augustus 2010 is het laatste deeltraject Gletsch – Oberwald in gebruik genomen, waarmee het traject kon worden voltooid. De Furka Bergstrecke heeft een belangrijke plaats verworven in de toeristische infrastructuur van de Zwitserse Alpen. De stoomtreinen tussen Realp en Gletsch zijn in de zomermaanden juli en augustus vaak tot de laatste plaats bezet. Het traject behoort tot de spectaculairste museumspoorlijnen van Europa. De Glacier Express kreeg in de jaren dertig van de vorige eeuw zijn naam vanwege het prachtige uitzicht vanaf de Furka Bergstrecke op de toen nog zeer uitgestrekte Rhonegletsjer. Deze trein rijdt al weer bijna dertig jaar via de Furka-Basistunnel en het is nauwelijks voor te stellen dat deze treinen van 1930 tot 1981 via het primitieve bergtraject hebben gereden.

Berninabahn honderd jaar

door Frits van der Gragt

Motorwagens 42 en 36 met een gemengde trein naar St. Moritz passeren de Berninapass bij Lagalp; 6 juli 1970. Foto: Frits van der Gragt

In de jaren 1908-1910 werd de Berninabahn gebouwd. Op 5 juli 1910 werd het laatste gedeelte tussen het hoogste punt Ospizio Bernina en Poschiavo geopend. De lijn is als een van de weinige door de Zwitserse Alpen over de 2256 meter hoge Berninapas aan gelegd in plaats van met een tunnel eronderdoor. Door de fantastische ligging is zij wereldberoemd. In het voorjaar reis je van Sankt Moritz of Pontresina in het Oberengadin door een winterlandschap met sneeuw en ijs naar Alp Grum, daal je vervolgens af door het voorjaar langs bloeiende weiden naar Poschiavo om ten slotte in zomers Tirano in het Italiaanse Veltlindal te arriveren, een reis van twee uur door drie jaargetijden. Het is de vierde spoorlijn ter wereld die op de Unesco-werelderfgoedlijst is geplaatst.

De tram in Kolkata: vernieuwen of toch opgeven?

door Peter van Dorp

Een motorwagen van lijn 24 is zojuist begonnen aan de rit naar het inmiddels opgeheven eindpunt Ballygunge. De fruitverkopers zijn niet geïnteresseerd in de tram; zij wachten op kopers. Esplanade, 28 mei 2006.Foto: Peter van Dorp

Op het subcontinent India is de tram nooit erg populair geweest. Van de vier relatief grote stadsnetten werden er drie tussen 1953 en 1964 opgeheven. Slechts de tram van Kolkata (oorspronkelijk Calcutta geheten) heeft tot nu toe kunnen overleven. De huidige dienstuitvoering is grofweg afhankelijk van de staat van baan, materieel en de op dat moment heersende verkeerssituatie. Baan en materieel zijn onveranderd slecht. Met de slechte baan moet het personeel het doen; mocht het materieel het laten afweten of ontsporen en beschadigd raken, dan is er inmiddels een redelijke reserve van (eveneens) slechte trams. De verkeerssituatie ten slotte wordt bepaald door het gegeven dat de gemiddelde Indiër niet geïnteresseerd is in het lot van zijn medeweggebruikers. Bovendien beschikt de tram in Kolkata over erg weinig vrije baan. Integendeel, flinke stukken liggen niet ”˜gewoon’ op straat, maar in eenrichtingstraten waar de wagenvoerder dan ook letterlijk moet opboksen tegen het overige verkeer in.

-In 1985 werd begonnen met de wederopbouw van de Furka Bergstrecke, nadat er bijna vier jaar geen trein meer over gereden had. Op 12 augustus 2010 is het laatste deeltraject Gletsch – Oberwald in gebruik genomen, waarmee het traject kon worden voltooid. De Furka Bergstrecke heeft een belangrijke plaats verworven in de toeristische infrastructuur van de Zwitserse Alpen. De stoomtreinen tussen Realp en Gletsch zijn in de zomermaanden juli en augustus vaak tot de laatste plaats bezet. Het traject behoort tot de spectaculairste museumspoorlijnen van Europa. De Glacier Express kreeg in de jaren dertig van de vorige eeuw zijn naam vanwege het prachtige uitzicht vanaf de Furka Bergstrecke op de toen nog zeer uitgestrekte Rhonegletsjer. Deze trein rijdt al weer bijna dertig jaar via de Furka-Basistunnel en het is nauwelijks voor te stellen dat deze treinen van 1930 tot 1981 via het primitieve bergtraject hebben gereden.