Op de Rails – 2009 – nr. 8 (augustus)

Hogesnelheidslijnen in Italië

door Henry van Amstel

De serie ETR 450 was de eerste generatie Pendolino′s. Een treinstel op de Diretissima Rome – Florence; 25 april 2008. Foto: Lorenzo Pallotta.

Nu naar verwachting in december 2009 opnieuw enkele hogesnelheidslijnen in Italië in dienst komen, zal een belangrijke stap ge nomen zijn in de totstandkoming van een ruim duizend kilometer lang hogesnelheidsnetwerk dat de meeste grote Italiaanse steden met elkaar zal verbinden. De hogesnelheidslijn Rome – Napels was de eerste die werd voltooid. In december 2005 stonden de eerste twee retourritten per dag in de dienstregeling. Het zou een vol jaar duren voordat de spoorlijn volledig was geïntegreerd in het overige spoorwegnet en de dienstregeling. Tot dan was er louter gependeld tussen de stations Roma Termini en Napoli Centrale. In juni 2008 werd een verlenging van de hogesnelheidslijn naar het zuidelijk van Napels gelegen Salerno geopend. Op 14 december 2008 volgde hogesnelheidslijn tussen Milaan en Bologna. Er is slechts één stopplaats, ten noorden van Reggio Emilia, dat hiervoor een titanenstrijd moet hebben geleverd. In december van dit jaar volgen het gedeelte Bologna – Florence en het eerste gedeelte van de oostwest-verbinding Novara – Milaan.

Nieuw na sloop

door P.W. van der Vlist

Twee ongeschilderde, kale en dichtgelaste casco′s van VIRM-kopbakken in een loods van de voormalige werkplaats Amersfoort; 19 mei 2009. Foto: P.W. van der Vlist.

Het door de industrie leveren van nieuwe rijtuigen voor treinstellen die bij een ongeval incompleet zijn geworden, zoals nu voor het VIRM, is vaker gebeurd. Inclusief het onlangs afgeleverde VIRM-koprijtuig zijn er in de loop van de jaren zes nieuwe rijtuigen gebouwd ter vervanging van verloren gegane exemplaren. Uiteraard was in alle gevallen de omvang van de schade van belang bij de beslissing nieuw te bouwen in plaats van herstelling, maar ook de mogelijkheden van de industrie speelden een rol. Zo paste de levering van het vervangende rijtuig plan V en daarna SGM, ICM (nog net) en nu ook het VIRM in de lopende productielijnen van de fabrikant. Als het materieeltype niet meer in productie is, wordt het moeilijk of is het zelfs uitgesloten een rijtuig bij te bouwen: het nieuw ontwerpen en maken van bouwmallen is gewoon te duur. Er moet dan op een andere wijze een ‘nieuw′ rijtuig komen. Zo zijn er (soms tijdelijk) tweewagenstellen gebruikt om een rijtuig af te staan voor het in dienst houden van een vierwagenstel.

Enkele antwoorden èn nieuwe vragen over Haagse paardentrams

door Hans Klomp

Enige tijd geleden droeg de HTM archiefstukken over aan het Haagse Gemeentearchief. Het zijn voornamelijk zaken van na 1930. Maar ook waren er nog restanten bij van de boekhouding van de ‘oude- HTM, het bedrijf zoals dat bestond van 1887 tot 1927. Op 17 mei 1887 nam de Haagsche Tramweg-Maatschappij (HTM) de exploitatie van de paardentram over van Société anonyme des Tramways de La Haye (TH). De HTM wilde graag een frisse start maken en moderniseerde in de daarop volgende jaren een flink aantal oudere paardentrams. Tot nu toe werd aangenomen dat de HTM zelf al deze moderniseringen uitvoerde. Maar het Kasboek over 1888 vermeldt op 31 oktober dat – naast de moderniseringen in de werkplaats van de HTM zelf – ook J.J. Pennock vier rijtuigen heeft gemoderniseerd. Ook met deze boekhouding als nieuwe bron van kennis resteren er nog vele vragen over het Haags paardentrammaterieel. De boekhouding is verre van compleet en ook is te merken dat na 1906 elke belangstelling voor het restantje aan paardentramzaken is verdwenen. De HTM is volop bezig met de ontwikkeling van het elektrische net. Daar is men trots op en daar gaat alle aandacht naar uit. En dat is zelfs tot in de boekhouding te merken.

Ehrenfahrer op de tram in Gera

door D.J.B. Ringoir

De huidige standaardcombinatie op lijn 3 in Gera: een koppelstel van twee Tatra′s, waarvan de voorste een lagevloerbak heeft. De tram nadert het tram- en busknooppunt Heinrichstrasse in het centrum van de stad; 16 mei 2006. Foto: Maurits van den Toorn.

Als hobbyist een tram besturen is niet voorbehouden aan de medewerkers van museumlijnen. In Gera in Thüringen is het mogelijk een rijbewijs voor de tram te halen en vervolgens als Ehrenstrassenbahnfahrer enkele malen per jaar in de passagiersdienst aan de slag te gaan. In Duitsland bestaat sinds 1992 de opleiding tot ‘Ehrenlokführer′ op een stoomlocomotief. Deze Ehrenlokführer hebben een vereniging opgericht. Twee leden van die club kwamen op de gedachte dat het rijden op een tram ook leuk zou kunnen zijn. Via privécontacten kwam men terecht bij het GVB in Gera, waar de directie enthousiast wilde meewerken. Zo hebben inmiddels tien personen hier de opleiding tot trambestuurder genoten, waarvan één uit Zwitserland, één uit België en twee uit Nederland. Momenteel zijn er zeven actieve ′Ehrenstrassenbahnfahrer′ die tweemaal per jaar naar Gera komen. Er kunnen in principe maximaal twaalf personen lid zijn, vanwege de noodzaak van herhalingsdiensten en de daarvoor beschikbare capaciteit bij het trambedrijf.