Railvervoer in de Benelux

Dia presentatie: Bert van der Kruk

In Amsterdam staat trein D284 al gereed voor de reis naar België. Het ederlandse aandeel blijft beperkt tot de internationale treinen op de Oude Lijn. Maar een bezoek aan onze zuiderburen is in de jaren ’70 en ’80 beslist de moeite waard.
Daar is het elektrificatie programma nog niet voltooid en veel reizigerstreinen rijden nog met zware diesellocs. De Athus-Meuse lijn is een prachtig werkterrein voor de bolle neuzen. Ook dieselstellen en oudere elocs zijn nog volop in dienst, evenals de oude trams in Brussel, Antwerpen, Gent, Verviers en Charleroi. In Henegouwen zijn ook de laatste restanten (buiten de kustlijn) van het eens zo grote tramnet van de buurtspoorwegen in het grauwe industrielandschap te vinden.
De grote variatie aan tram- en spoorwegmaterieel in België krijgt een vervolg bij de CFL in Luxemburg. Een klein land, maar zeer veelzijdig, doordat het een internationaal spoorwegknooppunt is, waar materieel uit vier landen te zien is. Ook hier zijn enkele bolle neuzen actief, maar het paradepaard is ongetwijfeld de bruine krokodil. Tijdens de rondreis door deze landen zullen ook de modernere tractiesoorten niet ontbreken.