De één heeft het over een grauwe fabrieksstad, de ander over een trein waarin bijna niemand zo ver meegaat. Maar in welke stad kon je vroeger per spoor 5 richtingen uit, had je 4 spoorwegaatschappijen,3 stations, een tram en op de havensteden na de meeste bedrijfsaansluitingen? Juist, in het Manchester van Nederland ofwel Enschede!

Slechts de hele sterken onder ons kennen Enschede nog op deze manier: met stoom en houten rijtuigen. Het is 1949, langs het lage perron op het oude station staat een sneltrein klaar om te vertrekken naar het westen (foto: archief NVBS).

In 1973 staat loc 1212 op spoor 5 in Enschede, daarnaast op spoor 4 een "Hondekop" als sneltrein naar Rotterdam CS en in de verte een Duitse Akkutriebwagen VT515 naar Gronau (foto: Hans Wiskerke)

In deze beamerpresentatie van Erikjan Sachse beginnen we bij het prille begin waarin de naar kolen snakkende industrie eindelijk zijn aansluiting op het spoor kreeg. En eindigen we bij het heden waarin de rol van Enschede als grensstad vervaagd is en waar de rol van het spoor weer groeiende is. Met daartussen veel hoogtepunten maar ook diepe dalen.

Het "Bouwhuistunneltje", het centrale punt in Enschede waar alle spoorlijnen uit alle richtingen bij elkaar kwamen. Hier in 1986, met een dieselloc serie 500 met een convooi op weg van de haven naar het emplacement Enschede Noord (foto: collectie Illya Vaes).