Illustatie

Reizen in over voor ons ongekend grote afstanden in Noorwegen, Zweden en Finland is iets heel anders dan een reisje van Groningen naar Maastricht. Daar zijn per trein geen halfuur diensten, stationsgebouwen met uitgebreide faciliteiten, zoals een mooi parkeerterrein, perrons met trappen en liften enzovoorts. Maar ook geen ruim bemeten autosnelwegen. Domweg omdat het daar dun bevolkt is.
Vanavond maken we de terugreis vanaf de grens van Noorwegen met Finland – met een uur tijdsverschil – om daar de nieuwe goederenspoorlijn van Haparanda naar Bodo te zien. De lijn naar Karungi is eertijds dieper het land ingelegd en is intussen verlaten en vervangen door spoor dichter langs de kust. De stationsgebouwtjes zijn blijven staan en worden nog nauwelijks gebruikt of zijn in particuliere handen over gegaan. Na deze afsteker gaan we naar Bodo, het kruispunt met de ertslijn naar Narvik. De aankomst ’s morgens van de nachttrein uit Stockholm zorgt voor een tijdelijke gezellige drukte.
We laten deze noord-zuidlijn achter ons om naar het eindpunt van de Inlandsbanan te gaan: Gällivare.
Daar wacht ons een reis langs de spoorlijn waar eens per dag – alleen ’s zomers – een treinenpaar rijdt. Het Fiat-treinstel vertrekt ’s morgens vroeg en is de hele dag onderweg naar het eindpunt Ostersund. Daardoor zien we onderweg maar twee treinen, maar er is toch veel te zien. De volgende dag kun je dan doorreizen naar Mora, het eindpunt van de Inlandsbanan. Het zuidelijker gelegen deel is niet meer in gebruik.
We krijgen gelegenheid om de werkplaats van de Inlandsbanan in Ostersund te bekijken. Een geluk voor ons was dat er veel materieel door de vakantietijd ‘thuis’ was.
In Filipstad nemen we afscheid van de Inlandsbanan.

Illustratie