Op de Rails: het decembernummer

65 jaar geleden: NS in 1960

door P. W. van der Vlist

In het eerste halfjaar is de omvang van het reizigersvervoer iets groter dan in 1959. Ook het internationale reizigersvervoer is gestegen. In de zomerdienstregeling wordt een aantal belangrijke verbeteringen ingevoerd. In Amersfoort is goede voortgang gemaakt met de aanleg van de NX-beveiliging. De eerste vijf van een serie van dertig dieseldrieën komen in dienst op Dordrecht – Geldermalsen.

Het dieselelektrische treinstel DE3 111 (plan U) tijdens een proefrit nabij Hardinxveld-Giessendam. | 14-09-1960

Foto: NS

NS Vectrons

door Emiel de Block

Sinds 1 november rijden alle treinen tussen Amsterdam en Berlijn niet meer met getrokken DB-rijtuigen en NS-locomotief, maar met ICE-treinstellen.

De treindienst tussen Amsterdam en Berlijn met DB-rijtuigen en NS-locomotieven zoals die de afgelopen twee jaar te zien is geweest. Locomotief 193 926 komt aan in Berlin Gesundbrunnen met het ledige materieel voor IC 140 naar Amsterdam. | 18-08-2025

Foto: John Krijgsman

Op smalspoor door de bunkers

door Hans Scherpenhuizen

In het uiterste noordwestelijke puntje van Jutland ligt de plaats Hanstholm, een belangrijke vissersplaats met een zeehaven. De strategische ligging aan het Skagerrak, de toegang van de Oostzee, was de Duitsers in de Tweede Wereldoorlog niet ontgaan. Hier ontstond vanaf 1941 de Marineküstenbatterie Hanstholm, een van de grootste fortificaties van WO II.

De instaphalte van de museumtrein. | 04-06-2024

Foto: Hans Scherpenhuizen

Grensstation Victoria Falls

door Rob Neutelings

‘Hoe laat komt de volgende trein langs?’ De stationschef keek wat verbaasd op. Hij was net de beplanting op het perron aan het besproeien. Hij vroeg mijn naam. ‘Rob? Van Robert Mugabe?’ ‘Eh, ja’, antwoordde ik. ‘Ik ben James’, zei hij. ‘Ja, de volgende trein komt als er een locomotief beschikbaar is in Zambia.’

Locomotief 02-307 van Zambia Railways arriveert in Victoria Falls. | 04-08-2025

Foto: Rob Neutelings

Amsterdam in de jaren dertig (deel 3)

door Maurits van Witsen

Om de dienstregeling te kunnen bepalen moest worden gemeten hoe lang de ritduur heen en ook weer terug in de praktijk was. Daar kwam de eindpuntrust bij van zes minuten voor de stationslijnen op hun buiteneindpunt (bij het Centraal Station was geen eindpuntrust), c.q. vier minuten op de beide eindpunten van de overige lijnen, en men kon de totale omlooptijd bepalen. Bij de meeste lijnen was die toen minder dan een uur. De omlooptijd gedeeld door het interval levert dan het benodigde aantal trameenheden op. Het is een simpel stukje theorie, maar als kind moest ik dit zelf
vanaf de straat afleiden door waarneming van het aantal ingezette trams.

Het Damrak in de jaren dertig met een tramstel van twee blauwe wagens op lijn 16. Voor lijn 4 op de achtergrond is in de crisisjaren met teruglopend vervoer een losse Union-wagen voldoende. | 1936

Foto: collectie Stadsarchief Amsterdam

De laatste oude Düwags

door Maurits van den Toorn

De naoorlogse moderne tram van Düwag is vrijwel uitgestorven. Deze kleine inventarisatie schetst waar dit materieel nog te vinden is. Het is een snel veranderende momentopname, want in veel gevallen zijn nieuwe trams in aantocht die een einde maken aan het bestaan van deze laatsten der Mohikanen.

De Düwags in Würzburg, hier in de Wörthstraße in het stadsdeel Zellerau, zullen nog geruime tijd onmisbaar zijn door de vertraagde levering van nieuw materieel. | 12-05-2025

Foto: Frederik Buchleitner