Klassieke winterreis naar Zwitserland

20 februari 2004

door Paul Muré

Het is zeker geen winters weer als op vrijdag 20 februari een 54-tal NVBS-leden de eerste treinkilometers op Zwitsers grondgebied aflegt. Na een snelle rit per ICE naar Basel kan in de aansluitende trein naar Bern – ook een ICE trouwens – vooral genoten worden van een groen en zonovergoten landschap. De deelnemers wacht een tiendaags verblijf op drie verschillende standplaatsen in het spoorrijkste land van Europa, waarbij de eerste vier nachten in Bern worden doorgebracht. Na aankomst is er dezelfde dag nog voldoende tijd om de stad en/of de tram alvast te verkennen.

Op zaterdag volgt dan de eerste van een viertal excursies met bijzonder historisch materieel. In de ochtend arriveert vlakbij het hotel het tweeassige tramstel 37 + 204 + 239 voor een uitgebreide rondrit over vrijwel het gehele Berner tramnet. De medewerkers van de Tramverein Bern organiseren tevens een kleine materieelshow met museumtrams in de remise Burgernziel en een bezoek aan de werkplaats. De middag is vrij en kan er op eigen gelegenheid met de Swiss Pass rondgereisd worden, waarbij diverse reisgenoten in Solothurn onder de indruk raken van de wijze waarop hier het carnaval gevierd wordt.

Op zondag is er een rit op meterspoor van Glovelier naar La Chaux-de-Fonds en de zijtak naar Tavannes. Hier in de Jura wordt het voor het eerst winters en kan het historische treinstel BCe 2/4 70 + C7 op diverse plaatsen langs de vrije baan fraai worden gefotografeerd. Onderweg wordt ook kennis gemaakt met het nieuwe materieel van de Chemins de Fer du Jura, gebouwd bij Stadler. Na afloop kan op eigen gelegenheid met de Swiss Pass worden teruggereisd via zelf te kiezen (om)wegen, bijvoorbeeld via Les Ponts-de-Martel en/of Neuchâtel.

Diezelfde Swiss Pass kan op maandag ten volle worden benut op een vrije dag, waarbij de deelnemers vele bestemmingen weten te bereiken. Populair zijn de diverse trambedrijven in het land, een rondrit via de MOB richting Montreux en Lausanne of via de BLS naar Interlaken en dan het ‘klassieke’ rondje via Kleine Scheidegg. De overvloedige sneeuw compenseert daar de mist en laaghangende bewolking en wie nog een uitstapje maakt naar de Bergbahn Lauterbrunnen – Mürren, ontdekt dat de kaasfondue na zo’n dag extra lekker smaakt.

Op dinsdag wordt de standplaats Bern ingeruild voor Visp en gaat het gezamenlijk per trein via Olten, de Gotthardbahn en de Centovalli-lijn een klein stukje door Italië. Tijdens die reis kan ’s morgens van een betoverend mooi sneeuwlandschap en ’s middags van de Italiaanse zon worden genoten, en van het feit dat de grote bagage op eigen gelegenheid naar Visp wordt verstuurd. Die wordt keurig voor het hotel (naast het station) afgeleverd.

Vanuit Visp kan op woensdag weer van een vrije dag worden geprofiteerd, waarbij een rit naar de ruim 3000 meter hoge Gornergrat veruit favoriet is. Ondergetekende maakte daarbij de afdaling deels per slee, wat in het zicht van de Matterhorn een bijzondere ervaring is.

De derde excursie met bijzonder materieel staat voor donderdag op het programma, als de groep voor het hotel wordt opgehaald door BVZ-krokodil HGe 4/4 11 uit 1929 met een historische trein. Uniek is dat we daarmee het traject van de Furka-Oberalp (nu Matterhorn Gotthard Bahn) naar Oberwald berijden, waar deze locs normaal nooit kwamen. Ondanks de krappe dienstregeling is het personeel zeer bereidwillig bij het uitvoeren van de geplande fotostops. Vanuit Oberwald gaat het met reguliere treinen verder naar Andermatt en door de Schöllenen-kloof naar Göschenen, vanwaar via de Gotthard noordwaarts wordt gereisd en in Arth-Goldau wordt overgestapt op de Südostbahn richting St.Gallen. Ook daar ligt een dik pak sneeuw en kan genoten worden van het landschap en de bijzondere service van de spoorwegen, doordat de minibar onderweg speciaal overstapt op het voor ons gereserveerde extra rijtuig, dat achter het stuurstandrijtuig (zonder doorloop) meerijdt.

In St. Gallen volgen dan drie overnachtingen en is op vrijdag de laatste excursie. Eerst wordt met de elektrische motorwagen ABDeh 4/5 5 met een trein via Gais naar Appenzell gereden. Na een prima warme lunch volgt in de middag een rit met de unieke dieselmotorwagen BCF 2/4 56, eerst op en neer naar Wasserauen en dan verder via Urnäsch naar Herisau. Ook daarbij zorgen veel sneeuw en fraaie fotostops voor een onvergetelijke dag, waarbij de meesten er aan het eind van de middag nog niet genoeg van hebben en allerlei tochten op het dichte spoorwegnet in deze streek maken, alvorens in St. Gallen terug te keren.

De laatste vrije dag op zaterdag is dan opnieuw goed voor de meest uiteenlopende treinritten. Voor ondergetekende vormen een aantal afdalingen per slee op de bekende Schlittelbahn tussen Preda en Bergün een waardige afsluiting van deze winterreis. Op zondag 29 februari wordt huiswaarts gekeerd en kan, voordat de ICE uit Basel vertrekt, het noorden van het land nog op allerlei manieren worden doorkruist. In de trein terug is iedereen weer verzameld en wordt uitvoering nagepraat over alle belevenissen. Door de grote variatie aan (smal)spoorwegen, de geslaagde excursies en de op veel plaatsen aanwezige sneeuw kan met recht worden gesproken van een klassieke Zwitserse winterreis!